161. Voorzeker, die verwerpen en als ongelovigen sterven, over hen zal de vloek komen van Allah en van de engelen en van alle mensen.
162. Daarin zullen zij blijven. Hun straf zal niet worden verlicht, noch zal hun
212. Het leven dezer wereld is voor de ongelovigen schoonschijnend gemaakt en
10. Voorzeker zullen de bezittingen en kinderen der ongelovigen hun tegen Allah
in het geheel niet baten: dezen zullen brandstof voor het Vuur zijn,
12. Zeg tot de ongelovigen: "Gij zult worden terneergeslagen en in de hel worden verzameld, dit is een kwade rustplaats.
13. Voorzeker was er voor u een teken in de twee legers die elkander ontmoetten,
het ene leger vechtend voor de zaak van Allah en het andere ongelovig, dezen zagen de anderen voor hun
56. Doch de ongelovigen zal Ik in deze wereld en in de volgende streng straffen
91. Degenen die ongelovig zijn en als ongelovigen sterven, van geen hunner zal
een aarde vol goud worden aanvaard als hij zich daarmede zou willen vrijkopen. Dezen zijn het wie
een smartelijke straf wacht en er zullen voor hen geen helpers zijn.
127. Opdat Hij een deel der ongelovigen kon afsnijden en hen vernederen, zodat zij onverrichter zake zouden teruggaan.
128. Gij hebt met de zaak niets uitstaande: Hij (Allah) moge Zich in
barmhartigheid tot hen wenden of hen straffen, voorzeker zij zijn de boosdoeners.
131. En vreest het Vuur dat voor de ongelovigen is bereid.
151. Wij zullen de harten der ongelovigen met ontzag vervullen omdat zij aan
Allah deelgenoten toeschrijven waarvoor Hij geen gezag heeft nedergezonden. Hun verblijfplaats is
het Vuur en slecht is de woning der overtreders.
176. En laat degenen, die vlug tot ongeloof vervallen, u niet verdrieten;
voorzeker, zij kunnen Allah niets aandoen. Allah wil hen aan het toekomstig leven geen deel doen hebben, er
zal voor hen een strenge straf zijn.
178. En laat de ongelovigen niet denken dat het uitstel, dat Wij hun geven, goed
voor hen is; Wij geven hun slechts uitstel, zodat zij in zonde toenemen; er zal voor hen een
vernederende straf zijn.
123. Niet naar uw wensen (de ongelovigen), noch naar de wensen van de mensen van
het Boek. Wie kwaad doet zal er voor worden gestraft en hij zal buiten Allah vriend, noch
138. Verkondig de huichelaars, dat hen een pijnlijke straf wacht.
142. De huichelaars trachten Allah te bedriegen, maar Hij zal hen voor hun
bedrog straffen. En wanneer zij zich oprichten om te bidden, staan zij loom, en tonen zich aan de mensen en
144. O, gij die gelooft, neemt geen ongelovigen tot vrienden boven de gelovigen. Wilt gij Allah een duidelijk bewijs tegen uzelf geven?
145. De huichelaars zullen zeker in de diepste diepte van het Vuur zijn en gij
151. Dezen zijn inderdaad de ongelovigen en Wij hebben voor de ongelovigen een
vernederende straf bereid.
36. Voorzeker, al hadden de ongelovigen al hetgeen op aarde is en nog eens
zoveel, om zich daarmede van de straf op de Dag der Opstanding vrij te kopen, dan zou het van hen toch
41. O gij boodschapper, laat degenen, die gemakkelijk in het ongeloof vervallen
73. Waarlijk zij lasteren God, die zeggen: "Allah is Eén der Drie." Er is geen
God dan de enige God. En indien zij niet ophouden met hetgeen zij beweren, zal de ongelovigen een
80. Gij zult velen hunner de ongelovigen tot vrienden zien nemen. Waarlijk
slecht is hetgeen zij voor zichzelf deden zodat Allah toornig op hen is geworden en zij zullen in de straf
38. Hij zal zeggen: "Gaat onder de volkeren van djinn en mensen die vòòr u
heengingen, het Vuur binnen." Steeds wanneer een volk er binnengaat zal het zijn zustervolk
50. En de bewoners van het Vuur zullen tot de bewoners van het paradijs roepen:
"Giet wat water over ons uit of iets, waarmee Allah u heeft voorzien." Zij zullen antwoorden: "Allah
heeft voorzeker dit voor de ongelovigen verboden."
14. Dat is (uw straf), ondergaat haar daarom en weet dat er voor de ongelovigen
36. Voorzeker, de ongelovigen besteden hun rijkdommen om anderen van de weg van
68. Allah belooft de huichelaars, mannen en vrouwen en de ongelovigen het Vuur
106. En anderen wachten Allah's gebod af. Zal Hij hen bestraffen of Zich met barmhartigheid tot hen wenden? Allah is Alwetend, Alwijs.
107. En degenen die een moskee hebben gebouwd om te schaden, om het ongeloof (te
8. En als Wij hun straf tot een bepaalde tijd uitstellen, zeggen zij: "Wie
26. Dat gij niemand dan Allah zult aanbidden. Anders vrees ik voor u de straf van een pijnlijke dag."
27. De leiders der ongelovigen onder zijn volk antwoordden: "Wij zien in u
7. En de ongelovigen zeggen: "Waarom is hem (de profeet) geen teken van zijn
14. Tot Hem is het ware gebed. En degenen, die zij buiten Hem aanroepen,
verhoren hen in het geheel niet, doch zij zijn als iemand die zijn handen uitstrekt naar het water, opdat
het zijn mond zal bereiken, maar het kan hem nooit bereiken. En het aanroepen der ongelovigen gaat slechts
34. Er is voor hen een straf in het tegenwoordige leven; doch de straf van het
56. Wij zenden de boodschappers slechts als dragers van de blijde tijding en als
waarschuwers. De ongelovigen twisten met leugens om daardoor de Waarheid te niet te doen. En zij
133. En zij (de ongelovigen) zeggen: "Waarom brengt hij ons geen teken van zijn Heer?" Is er dan geen duidelijk teken tot hen gekomen in hetgeen in de vroegere geschriften staat?
134. En indien Wij hen voor zijn (van de profeet) komst met een straf hadden
39. O, wisten de ongelovigen maar de tijd wanneer zij niet bij machte zullen
zijn het Vuur van hun gezicht of van hun rug te weren en niet zullen worden geholpen!
55. En de ongelovigen zullen er over in twijfel blijven tot onverwachts het Uur
hen achterhaalt, of de straf van een rampzalige Dag over hen komt.
200. Zo hebben Wij het (ongeloof) in de harten der zondaren doen binnendringen.
201. Zij zullen er niet in geloven voordat zij de smartelijke straf zien;
53. Zij vragen u de straf te verhaasten; en indien er geen termijn was genoemd zou de straf reeds over hen zijn gekomen; toch zal deze hen zeker onverwachts overvallen terwijl zij het niet voorzien.
54. Zij vragen u de straf te verhaasten; maar waarlijk de hel zal de ongelovigen omringen.
22. Maar hij, die zich aan Allah onderwerpt en het goede doet, heeft inderdaad een sterk houvast gegrepen. Bij Allah rust het einde aller dingen.
23. En zij die niet geloven, laat hun ongeloof u niet verdrieten. Tot Ons zullen
25. Allah weerhield de ongelovigen in hun woede; zij verwierven geen voordeel.
64. Allah heeft de ongelovigen zeker vervloekt en heeft een laaiend Vuur voor
7. En de ongelovigen zeggen: "Zullen wij u een man aanwijzen die u meedeelt dat wanneer gij door bederf uiteen valt, gij dan opnieuw zult worden geschapen?"
8. "Heeft hij een leugen uitgedacht over Allah, of is hij een waanzinnige?"
Neen, zij die niet in het Hiernamaals geloven zullen onder de straf lijden, en zij zijn ver afgedwaald.
36. Maar voor de ongelovigen is het Vuur der hel. Voor hen zal de dood niet
9. Als verworpenen en er is voor hen een voortdurende straf;
10. Maar hij die steelsgewijze opvangt, hem achtervolgt een heldere vlam.
11. Vraag hun (de ongelovigen) of zij moeilijker zijn te scheppen, dan andere
27. En Wij hebben de hemelen en de aarde en alles wat er tussen is niet
tevergeefs geschapen- Dat is het vermoeden der ongelovigen. En wee de ongelovigen vanwege het Vuur.
74. Doch Iblies niet, hij toonde hoogmoed en behoorde tot de ongelovigen.
75. God zeide: "O Iblies, wat heeft u verhinderd te buigen voor hem, die Ik met Mijn Hand heb geschapen? Zijt gij te trots of behoort gij tot de (hoog) verhevenen?"
76. Hij zeide: "Ik ben beter dan hij, Gij hebt mij uit vuur en hem uit klei
58. Of opdat zij de straf ziende, niet moge zeggen: "Ik wilde dat er voor mij een terugkeer was, dan zou ik tot de goeden behoren."
59. (God zal antwoorden): "Neen, Mijn tekenen kwamen tot u, doch gij
verloochendet deze, gij waart hoogmoedig en behoordet tot de ongelovigen."
71. En de ongelovigen zullen naar de hel worden gedreven, wanneer zij deze
bereiken, zullen de poorten worden geopend en haar wachters zullen tot hen zeggen: "Kwamen er geen
boodschappers van uit uw midden tot u, de tekenen van uw Heer verkondigende en u waarschuwende voor de
komst van deze Dag?" Zij zullen antwoorden: "Ja zeker!" Maar nu is de uitspraak van de straf tegen de
4. Niemand betwist de woorden van Allah behalve de ongelovigen. Laat hun
6. Zo werd het woord van uw Heer bewaarheid ten opzichte van de ongelovigen: dat
50. Zij zullen antwoorden: "Kwamen uw boodschappers niet tot u met duidelijke
bewijzen?" Zij zullen zeggen: "Ja zeker." De bewaarders zullen antwoorden: "Bidt dan." Maar het bidden
der ongelovigen is nutteloos.
84. En toen zij Onze straf zagen zeiden zij: "Wij geloven in Allah als de Enige en wij verwerpen alles wat wij vroeger met Hem plachten te vereenzelvigen."
85. Maar nadat zij Onze straf hadden gezien kon hun geloof hun niet meer baten.
Dit is Allah's wet die haar loop neemt ten opzichte van Zijn dienaren en zo gingen de ongelovigen
26. En de ongelovigen zeggen: "Luistert niet naar deze Koran, maar maakt leven daarbij opdat gij de overhand moogt krijgen."
27. Maar Wij zullen zeker de ongelovigen een strenge straf doen toekomen en Wij
44. Indien Wij deze Koran in een vreemde taal hadden gegeven, zouden zij zeker
hebben gezegd: "Waarom zijn zijn verzen niet duidelijk gemaakt? Is Arabisch en niet-Arabisch
gelijk?" Zeg: "Het is een leiding en een genezing voor de gelovigen." Maar de ongelovigen hebben doofheid
17. Allah is het Die dit Boek (de Koran) met de Weegschaal in waarheid heeft nedergezonden. Wat weet gij waarschijnlijk is het Uur nabij.
18. De ongelovigen vragen het te verhaasten maar de gelovigen vrezen er voor en
20. De Dag, waarop de ongelovigen aan het Vuur zullen worden blootgesteld, zal
34. En de Dag, waarop de ongelovigen aan het Vuur zullen worden blootgesteld zal
4. Wanneer gij de ongelovigen (in oorlog) ontmoet, treft dan hun nek en wanneer
gij overwinnaar zijt, bindt hen dan vast. En wanneer de oorlog opgehouden is, laat hen dan vrij uit
gunst of voor een losprijs. Zo zij het. En indien Allah wilde, had Hij hen Zelf kunnen bestraffen. Doch Hij
5. Heeft het verhaal u niet bereikt van degenen die vroeger ongelovig waren? Zo
ondergingen zij het kwade gevolg van hun gedrag, en hen wacht een pijnlijke straf.
6. O gij die gelooft, redt u zelf en uw gezinnen van het Vuur, welks brandstof mensen en stenen zijn, waarover engelen zijn, hard en streng, die Allah niet ongehoorzaam zijn in hetgeen Hij hun beveelt, en volvoeren wat hun wordt geboden.
7. O, gij ongelovigen, verontschuldigt u vandaag niet! U zal slechts vergolden
10. Allah vergelijkt de ongelovigen met de vrouw van Noach en met die van Lot.
Zij behoorden aan twee Onzer rechtvaardige dienaren maar zij waren hun ontrouw. Daarom baatten
haar echtgenoten haar niet tegen Allah, en er werd tot hen gezegd: "Gaat het Vuur in tezamen met degenen
27. Maar als zij de straf van nabij zullen zien, zal het gezicht der ongelovigen
1. Men vraagt naar de straf, die straks zal vallen
2. Over de ongelovigen, die niemand kan weerhouden,
6. Zij (de ongelovigen) zien (de straf) ver weg.
25. Daarom werden zij vanwege hun zonden verdronken en in het Vuur gedreven. Zij konden daar voor zich geen helpers vinden tegen Allah.
26. En Noach had gezegd: "Mijn Heer, laat in het land geen huis der ongelovigen
31. En Wij hebben niets dan engelen tot wachters van het Vuur gemaakt. En Wij
hebben hun getal niet vastgesteld, dan tot beproeving der ongelovigen, opdat wie het Boek is gegeven
4. Voorwaar, Wij hebben voor de ongelovigen ketenen, ijzeren halsbanden en een
laaiend Vuur bereid.
40. Voorwaar, Wij hebben u voor een straf die nabij is gewaarschuwd; de Dag
waarop de mens zal zien wat hij heeft uitgevoerd en (waarop) de ongelovige zal zeggen: "O, ware ik maar stof geweest!"
22. Integendeel, de ongelovigen loochenen (deze).
23. Doch Allah weet het beste wat zij denken.
24. Kondig hun hiervoor dus een pijnlijke straf aan.
6. Voorwaar, de ongelovigen onder de mensen van het Boek en de afgodendienaren zullen in het Vuur der hel geworpen worden, daarin zullen zij verblijven. Zij zijn de slechtste der