Necrologie Historicus en dichter J.W. Oerlemans schreef zowel geruchtmakende artikelen als 'onmodieus klassieke' poëzie. Door een onzer redacteuren De val van de communistische regimes in Oost-Europa leidde begin jaren negentig in het Westen tot euforie en zelfgenoegzaamheid. In Nederland prikte de historicus J.W. (Jacques) Oerlemans de vermeende superioriteit van de westerse democratie in 1990 echter genadeloos door. In een opiniestuk in NRC Handelsblad schreef de toenmalige hoogleraar onder de kop 'Een-partijstaat Nederland' dat Nederland wordt geregeerd door een 'oligarchie van beroepspolitici' die uit slechts 0,4 procent van de bevolking bestaat. Er ontstond een heftig en maanden durend debat over de parlementaire democratie, waarin uitzonderlijk veel prominente denkers en politici zich mengden. In een slotbeschouwing vroeg Oerlemans zich af hoe „het gesteld is met de individuele |
vrijheid binnen de partijen [...] waar partijdiscipline, en fractiediscipline, collectieve stemplicht en spreekverboden aan de orde van de dag lijken”. De woorden zouden nu geschreven kunnen zijn. Oerlemans, onlangs op 84-jarige leeftijd overleden, is nog altijd actueel. PVV-ideoloog Bosma annexeerde de historicus zelfs als een voorloper van Fortuyn en Wilders. Dit tot |
ongenoegen van de zoon van Oerlemans, die benadrukte dat in het gedachtengoed van zijn vader de bestrijding van de islam niet paste. In
de jaren na het artikel schreef Oerlemans nog veel opiniestukken over
onder meer „dat minimum aan moraliteit en waardigheid zonder welke een democratie ondenkbaar is.”
Oerlemans schreef ook een veelgebruikt schoolboek met 'capita selecta' uit de geschiedenis en publiceerde zeven dichtbundels. in 1992
kreeg hii de Anna Blamanprijs voor
zijn oeuvre. Willem Otterspeer karakteriseerde hem als een 'onmodieuze, klassieke* dichter. Uit De maan
passeren in gewichtlozeze kano's (1992):
Afspraak voor na de dood spreken we een plek af ergens diep in de tuin maar niet te ver van het huis in die kleine vallei bijvoorbeeld tussen de rhododendrons en de rozenhaag zien wij dan voor altijd hoe het was. |